ELI - Navigatie systeem via een Europese identificatiecode voor wetgeving http://www.ejustice.just.fgov.be/eli/besluit/2021/03/09/2021020612/staatsblad
FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE
9 MAART 2021. - Koninklijk besluit houdende het verplicht aanbrengen van een waarschuwing op plastic mondschermen betreffende hun gebruik op plaatsen waar het dragen van een mondmasker verplicht is om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken en het uit de handel nemen van plastic mondschermen die deze waarschuwing niet dragen
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn
en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op het Wetboek van economisch recht, artikel IX.4,
§§ 1, eerste lid, 1°, en 3, 1° en 3° ; Gelet op het advies CRB 2020-2120 van
de bijzondere raadgevende commissie Verbruik als vertegenwoordiger van de betrokken sectoren, gegeven
op 9 november 2020; Gelet op het feit dat de sectoren van de betrokken producten werden geconsulteerd
conform artikel IX.4, § 1, tweede lid, van het Wetboek van economisch recht; Gelet op
de mededeling aan de Europese Commissie, op 15 december 2020, overeenkomstig artikel 5, lid 1, van richtlijn
2015/1535/EU van het Europees Parlement en de Raad van 9 september 2015 betreffende een informatieprocedure
op het gebied van technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij; Gelet
op advies 68.686/1 van de Raad van State, gegeven op 15 februari 2021, overeenkomstig artikel 84, §
1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; Overwegende
dat bij gebrek aan geharmoniseerde norm, volgens artikel IX.3 van het Wetboek van economisch recht de
conformiteit met de algemene veiligheidsverplichting voorzien in artikel IX.2 van het Wetboek van economisch
recht wordt beoordeeld rekening houdend met de in de betrokken sectoren geldende gedragscodes; Overwegende
dat het verplicht dragen van een mondmasker of elk ander alternatief in stof, zoals voorzien in het ministerieel
besluit van 28 oktober 2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19
te beperken wordt beschouwd als een in de betrokken sectoren geldende gedragscode inzake productveiligheid; Overwegende
dat indien het dragen van een mondmasker of elk ander alternatief in stof omwille van medische redenen
onmogelijk is, alleen gelaatsschermen mogen worden gebruikt volgens het ministerieel besluit van 28 oktober
2020 houdende dringende maatregelen om de verspreiding van het coronavirus COVID-19 te beperken; Overwegende
dat plastic mondschermen een kleinere oppervlakte hebben dan de gelaatsschermen en onvoldoende bescherming
bieden tegen de projectie van speekseldruppels; Overwegende dat plastic mondschermen een zodanige
vorm kunnen hebben dat ze een vergaarbak zouden kunnen vormen voor ziektekiemen uitgestoten via de luchtwegen
en dat in dit geval die ziektekiemen wegens de beperkte afscherming vervolgens gemakkelijk zouden kunnen
verspreid worden onder de vorm van aerosolen; Overwegende dat de Wereldgezondheids-organisatie
in haar Interim Richtlijn van 5 juni 2020 met referentienummer: WHO/2019-nCov/IPC Masks/2020.4 stelt
dat gelaatsschermen een inferieure bescherming bieden tegen overdracht via druppeltjes in vergelijking
met de alternatieven uit stof en dat de plastic mondschermen die nog minder afschermen dan een gelaatsscherm,
daardoor een hoger risico op overdracht van COVID-19 vertegenwoordigen en dus niet het veiligheidsniveau
bieden waaraan de gebruikers zich redelijkerwijze mogen verwachten; Overwegende dat de plastic
mondschermen niet gebruikt mogen worden als een mondmasker of elk ander alternatief in stof op plaatsen
waar het dragen van een mondmasker verplicht is; Op de voordracht van de Minister van Economie,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit
wordt verstaan onder: 1° plastic mondscherm: een mond- en neusvizier bestaande uit een plastic
scherm dat voor de mond en de neus wordt geplaatst en ter hoogte van de neus of de kin wordt op zijn
plaats gehouden en waarvoor de opening tussen het gezicht en de randen van het scherm niet afgedicht
is met filterend materiaal; 2° gelaatsscherm: een vizier bestaande uit een doorzichtig plastic
scherm dat voor het gezicht wordt geplaatst en door middel van een hulpmiddel tegen het voorhoofd op
zijn plaats wordt gehouden. Art. 2. Op de kleinhandelsverpakking van plastic mondschermen wordt
een duidelijke en begrijpelijke waarschuwing, met inachtneming van de taalvereisten bedoeld in artikel
IX.9 van het Wetboek van economisch recht, aangebracht die de gebruikers informeert dat deze plastic
mondschermen niet als mondmasker of gelaatsscherm mogen worden gebruikt op de plaatsen waar het dragen
van een mondmasker verplicht is. Art. 3. De in artikel 2 bedoelde waarschuwing staat vermeld
in alle reclame- en informatievormen beschikbaar bij de aankoop, met inbegrip van de verkoop op afstand. Art.
4. De plastic mondschermen die de waarschuwing zoals bedoeld in artikel 2 niet dragen, worden uit de
handel genomen. Art. 5. De gebruikers die de plastic mondschermen hebben gekocht zonder de
in artikel 2 bedoelde waarschuwing, worden door de producenten en distributeurs op de hoogte gebracht
van deze waarschuwing. Art. 6. De minister bevoegd voor de bescherming van de veiligheid van
de consumenten is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 9 maart 2021. FILIP Van
Koningswege : De Minister van Economie, P.-Y. DERMAGNE